KOPP - verwerken van trauma's en moeiilijke jeugd

  • Geschreven door Kassandra Goddijn
  • laatst bewerkt Apr 9, 2023
Deel dit artikel:

KOPPcoaching

Ik heb sinds een paar weken een grote, lelijke steen in mijn huiskamer staan. Die staat voor het wantrouwen en de negativiteit die diepgeworteld is in mijn familiesysteem. Het feit dat hij daar staat is een grote vooruitgang voor mij – ik draag hem niet meer met me mee. Ik heb hem neergelegd. En in sommige situaties voel ik hem trekken als een magneet. Durf ik erop te vertrouwen dat mijn zoon zich zal ontwikkelen tot een gezonde, autonome man?

Als KOPP’ers weten wij maar al te goed hoe het is om psychiatrie in de familie te hebben. Wij waren immers het kind van de rekening. Hetzelfde bij (mildere) psychische problemen, in mildere mate. Ouder(s) fout of zielig, wij slachtoffer of redder. Wereld helder.

Maar zo eenvoudig is het allemaal niet, zo blijkt als we ons wat gaan ontwikkelen. En vooral als we zelf kinderen krijgen. We zijn nu volwassen en, alhoewel we altijd kind van onze ouders zullen blijven, we kunnen ook door andere vensters gaan kijken dan alleen door het kleine raampje van het kind dat we ooit waren. Het kind-raampje zit laag en geeft geen overzicht, integendeel: het brengt ons terug in een egocentrische positie. Ieder kind is immers het centrum van zijn eigen belevingswereld. Pas als we wat ouder worden, wordt ons blikveld wijder en leren we dat papa en mama ook mensen zijn die hun eigen behoeften hebben. Maar al worden we honderd, we kunnen nog steeds door het kind-raampje kijken en als we dat doen, zijn we weer net zo egocentrisch als we ooit waren. Daar is niets verkeerd aan, we hadden nou eenmaal niet meer brains op dat moment en het kijken door dat raampje brengt ons terug in die staat. Het is daarom wél heel handig als we bij het volwassen worden langzamerhand tot ons laten doordringen dat er ook nog andere vensters zijn om door te kijken.

We groeiden op met ouder(s) met psychische problemen. Als we daar door een volwassen venster naar kijken, gaan we begrijpen dat onze ouders ook maar handelden naar hun eigen vermogen. Ook zij namen hun imperfecte zelf mee in de relatie met ons, hun kinderen. Wat niet wegneemt dat we door hun gedrag beschadigd zijn geraakt en daar heel erg boos over kunnen zijn. Het kind-perspectief (terechte boosheid) verdwijnt niet als je het volwassen perspectief (het was zoals het was) er tegenoverstelt. Een kenmerk van volwassen zijn is namelijk dat verschillende gevoelens naast elkaar kunnen bestaan. Als dat niet kan, kijk je waarschijnlijk door een ander kind-raampje. Er zijn er bij KOPP’ers twee die veel voorkomen: ouder(s) fout en ik zielig of ouder(s) zielig en ik fout (als ik hen niet red).

Psychiatrie (of wat mildere psychische problemen) bij een lid van het gezin is iets dat het hele systeem aangaat. Je kunt om daar zicht op te krijgen nog een ander, hoger venster kiezen. Van daaruit zie je niet alleen het je gezin van herkomst, maar de hele familielijn. Van beide kanten. En dan kun je zien dat de meeste vormen van gekte al generaties lang in het systeem aanwezig zijn. Het gaat lang niet altijd over gediagnostiseerde aandoeningen (al kan dat natuurlijk wel het geval zijn) maar meer over een bepaalde dynamiek die kenmerkend is voor een familie.
Bijvoorbeeld dat er in ieder gezin binnen de familie steeds iemand het zwarte schaap is. In dat geval zijn de volwassenen niet emotioneel autonoom en hebben ze het nodig om iemand als zondebok te gebruiken om hun eigen onvrede te kanaliseren. Een andere, veel voorkomende variant is de relatie tussen de dominante en de aangepaste partner. Hoe verder die twee uit elkaar liggen, hoe meer sprake er zal zijn van psychi(atri)sche problematiek (narcisme, borderline). In deze systemen is er steeds iemand, of meerdere personen, die de verantwoordelijkheid voor hun emotionele leven niet zelf dragen, maar bij een ander neerleggen. Die anderen nemen die taak op zich, aangezien ze dat als normaal beschouwen. Kinderen die in zulke dynamieken opgroeien, krijgen die als blauwdruk (‘zo hoort het’) mee, samen met de rol die ze zelf toebedeeld krijgen in het gezin.

En wat hebben we daaraan, aan dat systemische venster? Als je er zicht op krijgt wat het ongeveer is dat je als KOPP met je meetorst uit het systeem, bijvoorbeeld angst, of wantrouwen, of gekte of agressie, dan kun je daar iets mee. Je kunt het dan buiten jezelf plaatsen en je ertoe verhouden. Bijvoorbeeld door die last te verbeelden met een steen in de huiskamer waarover je regelmatig bijna je nek breekt. Letterlijk en figuurlijk.

Ik heb erg de neiging om mezelf te verliezen in de angst en het gebrek aan vertrouwen als het over de emotionele gezondheid van mijn zoon gaat. Dat is zó bekend voor mij, zo werden wij als kinderen ook bekeken, met dat wantrouwen. De steen trekt. Mijn uitdaging is om die trek te voelen en te verdragen – dit is immers waar ik vandaan kom. Het heeft geen zin om dat te ontkennen. En om dan tóch de andere, onbekende, spannende weg te kiezen, die van het vertrouwen. Het helpt dan om nogmaals door het systeemvenster te kijken en te zoeken naar eigenschappen waarmee ik mij wél graag identificeer. Gelukkig zijn die ook volop aanwezig, niet alleen in mij, maar zeker ook in mijn zoon!

Zoek je steun bij verwerken van trauma's en een moeilijke jeugd? Check onze therapeuten

Deel dit artikel:

Terug naar overzicht